Digitale autonomie verwijst naar vertrouwelijkheid, naar wendbaarheid en naaar weerbaarheid. Het is een term die vaak ter sprake komt in de zoektocht naar een beter, digitaal ecosysteem.
Bij vertrouwelijkheid gaat het bijvoorbeeld over de vraag of het een probleem is dat anderen landen of Big Tech met ons meelezen. Welke invloed heeft het als dat soort partijen mee kunnen lezen als we beleid opstellen dat over hen gaat? Als we geen digitale autonomie hebben, zijn we ook niet wendbaar. Als we buiten Europa steeds om toestemming moeten vragen om private tools, platforms, of 'software as a service' in te zetten, wordt het uitvoeren van nieuwe of innovatie ideeën onnodig moeilijk gemaakt. Tot slot is digitale autonomie noodzakelijk om weerbaar te zijn. Als het bijvoorbeeld fout gaat met de kabel naar de VS, of als onze telefooncentrales gehacked worden, kunnen we onszelf nog beschermen en weer in de lucht helpen?
Veel activisten en publieke organisaties zetten zich al jaren in om de overheid en bedrijven te overtuigen van de noodzaak van digitale autonomie, grotendeels tevergeefs. In sneltreinvaart stoten organisaties hun eigen IT af. Zelfs het parlement en mogelijk binnenkort de rijksoverheid hebben hun email overgeleverd aan servers onder Amerikaans beheer.
Hoe krijgen we weer controle over onze eigen systemen?